Verhuur vakantiehuis; let op de privégebruik en leegstand
Nog even en de zomervakantie staat weer voor de deur. Even tot rust komen een aantal weken. Heerlijk op de camping, in een (al dan niet all-inclusive) hotel of een vakantiehuisje.
Bezit je een vakantiehuisje?
Als je eigenaar bent van een vakantiehuisje in Nederland is dit ook de periode dat je waarschijnlijk gaat verhuren. Zelf gebruiken kan natuurlijk ook. Vakantiehuisjes worden regelmatig via een vakantiepark verhuurd. Is dit bij jou ook het geval? Kijk dan nog eens goed naar het bepalen van het privégebruik voor de omzetbelasting. De Hoge Raad heeft hier namelijk heel recent, op 25 maart 2022, een uitspraak over gedaan.
Berekening privégebruik bij leegstand
Wat was er aan de hand? De belanghebbende had een vakantiehuis op een vakantiepark gekocht voor de verhuur en eigen gebruik (privégebruik). Met het vakantiepark was een beheer- en verhuurovereenkomst afgesloten. Dergelijke overeenkomsten zijn niet ongebruikelijk bij vakantieparken. De overeenkomst liet het toe dat de belanghebbende het vakantiehuis voor eigen gebruik mocht gebruiken en deels met tussenkomst van het vakantiepark mocht verhuren aan derden. Het eigen gebruik moest vooraf wel worden aangemeld bij het vakantiepark. Afgesproken was dat dit 13 maanden voor het eigen gebruik moest gebeuren. Een aanmelding na deze periode kon wel, maar alleen als het vakantiehuis niet al verhuurd was en er geen optie was gegeven aan een derde. Deze melding moest tijdens kantooruren worden gedaan. Het vakantiehuis is niet 365 dagen in gebruik geweest, maar heeft ook leeggestaan. De inspecteur en belanghebbende waren het niet eens hoe de periode van privégebruik, rekening houdend met de leegstand, bepaald moest worden. Belangrijke vraag was: hoe moest de periode van leegstand worden toegerekend aan het privégebruik en de verhuur aan derden? En welk tarief is van toepassing bij privégebruik (9% of 21%)?
Uitspraak Hoge Raad
De inspecteur, maar ook de rechtbank en het Hof vonden dat de periode van leegstand evenredig moest worden toegerekend. Daarnaast moest voor het privégebruik het tarief van 21% gehanteerd worden. Tussen de berekening van de inspecteur en de belanghebbende zat daardoor over totaal drie jaar een verschil van maar liefst circa € 7.100 aan omzetbelasting. De Hoge Raad was het niet volledig eens met de inspecteur. Door diverse bepalingen in de beheer- en verhuurovereenkomst kon de periode van leegstand niet toegerekend worden aan het privégebruik. Wel was het tarief van 21% van toepassing bij het privégebruik. Per saldo was de omzetbelasting over totaal drie jaar voor het privégebruik circa € 5.300 lager dan de berekening van de inspecteur.
Advies nodig?
Verhuur jij ook een vakantiehuis via een vakantiepark? Neem dan contact met ons op zodat wij kunnen meekijken of de uitspraak ook voordelig voor jou kan zijn. Wij zorgen ervoor dat je gerust met vakantie kunt komende zomer!